In de geschiedenis van de dominicanen in Nederland hadden Berg en Dal, de huidige vestigingsplaats van het Mariaconvent, en Nijmegen al eerder nauwe banden. Niet alleen geografisch, omdat het convent het allereerste huis is aan de evenzijde van de weg als men de oostelijke stadsgrens van Nijmegen passeert, maar ook historisch. Het was namelijk de heer van Ubbergen (thans deel van de gemeente Berg en Dal) die de dominicanen in 1293 een eerste huis en kapel schonk, midden in het centrum van Nijmegen, op een plaats waar zij 650 jaar lang zouden blijven.


De naam van de Broerstraat herinnert daar nog aan. In 1944 werden kerk en klooster echter door oorlogsgeweld verwoest. Het dertiende-eeuwse begin groeide uit tot een bloeiend dominicaans leven in de ‘oudste stad van Nederland’, met het Mariaconvent te Berg en Dal momenteel als laatste, en enig overgebleven. Op de website van de dominicanen kun je virtueel rondwandelen in dominicaans Nijmegen.
De stichters en oorspronkelijke bewoonsters van ons kloostergebouw vormde een groep religieuze vrouwen van een Franse congregatie, het Gezelschap Zusters der Dochters van Jezus Heilig Hart. Op 20 oktober 1928 werd het gebouw ingezegend en in gebruik genomen. Het droeg de naam ‘Koningsgaard’.


Ons klooster is ontworpen door de architect Charles Estourgie, die in de jaren 1904-1912 verbonden was aan het architectenbureau van Ed. Cuypers in Amsterdam. Sindsdien was zijn bouwstijl beïnvloed door de Amsterdamse School: zakelijk en strak van opzet, sober en tamelijk somber van aanzien.
Begin jaren tachtig van de vorige eeuw werd het zusterklooster gesloten door overlijden van zusters en bij gebrek aan roepingen. Lange tijd was hun beeld van Christus Koning, dat voor in de tuin stond opgesteld, een gezichtsbepalend element op de grens van Nijmegen en Berg en Dal.

In de Rijke Roomse tijd fungeerde het als eindpunt van sacramentsprocessies. Vrouwen of mannen trokken vanuit Nijmegen over de Berg en Dalseweg er naartoe. Het beeld, vervaardigd door de kunstenaar Everaers en een geschenk van de bewoners van Berg en Dal, werd bij de naamswijziging van het klooster in 1983 naar de achtertuin verplaatst. In 2007 schonken de dominicanen het na 75 jaar weer aan de gemeente Berg en Dal en kreeg het een prominente plaats op het plein voor de Onze Lieve Vrouwe van het Heilig Hart-Kerk aan de Oude Kleefsebaan. (Lees ook: Christus wordt weer koning in Berg en Dal).

In 1983 namen de Monialen, Zusters dominicanessen van de Heilige Rozenkrans, het stokje van de vroegere bewoonsters over. Zij waren afkomstig van klooster Mariënthal bij Venlo. Zoekend naar een kleinere behuizing kwamen deze zusters in dit leegstaande pand terecht en veranderden de naam in ‘Mariadal’. Het kloostercomplex werd gerenoveerd en met name de kapel werd gemoderniseerd. Het bouwwerk van Estourgie verloor haar strengheid en kreeg een wat vriendelijker aanblik.

In 1995 verlieten de laatste Monialen hun geliefd tehuis en trokken in bij de Dominicanessen Congregatie van de Heilige Familie te Neerbosch aan de Dennenstraat te Nijmegen.
Het huis bleef in de dominicaanse familie, want een groep dominicanen afkomstig van het klooster ‘Albertinum’ aan de Heyendaalseweg in Nijmegen zochten een nieuw onderdak, evenals het hoofdbestuur van de Nederlandse dominicanen, het provincialaat genaamd.

Op 26 februari 1996 werd de Akte van Overdracht getekend en kwam het gebouw formeel in eigendom van de Nederlandse Provincie der dominicanen. Er had opnieuw een flinke verbouwing plaats, met name in het voorhuis waar de ruimtes van het provincialaat waren gepland, maar ook in het klooster zelf. De huisvesting verliep in drie fasen: eerst het archief van de provincie in een gedeelte van het souterrain [foto], vervolgens het Provincialaat in het voorhuis en tenslotte de communiteit in het Mariaconvent, de nieuwe naam van ‘Mariadal’.
Het Mariaconvent vormt de canonieke voortzetting van het huis ‘Maria Geboorte’ dat naast de Maria Geboortekerk aan De Berg en Dalseweg 40 in 1894 vanuit het eerder genoemde klooster uit 1296 aan de Broerstraat in Nijmegen was gesticht.
De ‘Albertijnen’ die hier kwamen wonen waren, behalve de bekende theoloog Edward Schillebeeckx, Jacques Mählmann (prior), Aimo Willems, Augustinus Hollaardt, Chris Smoorenburg, Nico Wilbrink en het echtpaar Hélène en Étienne Cornelis. Allen zijn inmiddels overleden, als laatste in 2019 Nico Wilbrink.
Hier kunt u lezen wie de huidige bewoners zijn en over hun bezigheden.

Tevens aanwezig zr. Hadewych Snijdewind.
